Lore Stessel

Hoe breng je schilderkunst en fotografie zo dicht mogelijk bij elkaar? Deze zoektocht ligt aan de basis bij het werk van Lore Stessel (°1987). Ze confronteert fotografie met schilderkunst, verzoent beide of doet met het ene medium het andere teniet. Haar werk voltrekt zich in het proces van aantrekken en afstoten, waarbij het ene medium onmisbaar is voor het andere. Daar waar fotografie veel details vat in een kort ogenblik van concentratie en een rechtstreekse relatie met de werkelijkheid heeft, biedt schilderkunst haar veel vrijheid, materialiteit en mogelijkheden tot creëren. De voorbije vier jaar benut ze voordelen van beide media om een persoonlijke beeldtaal te ontwikkelen.

Haar werkproces vindt grotendeels plaats in de donkere kamer, waar Stessel een lichtgevoelige emulsie op een opgespannen canvas schildert. Ze projecteert daarop het negatief van haar foto en giet er ontwikkelaar over. Daar stuurt ze waar het beeld al dan niet zichtbaar moet worden en wacht nieuwsgierig tot het moment waarop het beeld zich onthult. Het complexe procedé brengt onvoorziene afwijkingen en toevalligheden met zich mee, zoals vlekken of verkleuringen, wat elk beeld uniek maakt. Sommige onverwachtheden omarmt Stessel terwijl ze andere zaken weer wegwerkt. Er ontstaat een boeiende dialoog tussen de hand van de kunstenares en de techniek. Hoe meer interactie er ontstaat, hoe dichter fotografie en schilderkunst naar elkaar toegroeien. Ze mag dan wel gebruikmaken van een fotografisch proces, haar arbeidsintensieve en fysieke manier van werken, veelal op lichaamsformaat, leunen dicht aan bij een schilder.

Haar onderwerpen gaan vaak over mensen met aandacht voor het lichamelijke of iets wat de mens achterlaat. Stessel houdt van de schoonheid van alledaagse handelingen, kleine gebaren en de sierlijkheid van bewegingen. Ze zet niets in scène maar laat zich leiden door details en persoonlijke indrukken. De beelden zijn geen getuigenis van de realiteit, maar vertalen eerder een gemoedstoestand, waar tijd noch plaats van belang zijn. Ook met haar techniek en materiaalgebruik benadrukt ze dat haar beelden slechts een representatie van de werkelijkheid zijn die het midden houden tussen abstractie en representatie, tussen object en materiaal. Vaak stopt het beeld onverwachts of is het ongewoon geplaatst op het doek, waardoor een deel van het beeld er afgevallen lijkt en er boven-, onderaan of aan de zijkanten veel vrije ruimte is. Met rafelende of golvende randen doemt het beeld op uit het canvas. De delen van het doek waar de foto ontwikkeld is in wit-, zwart- en grijswaarden, zijn even belangrijk als grote partijen wit, onbewerkt canvas. De beeldranden spelen een bepalende rol in hoe we de beelden lezen en interpreteren. Stessel weet hier met uitgekiende uitsnijdingen uit het fotografische kader los te breken.

Waar stopt het ene medium en waar begint het andere, of heffen ze elkaar op? Haar werk flirt met de subtiele begrenzing tussen fotografie, schilderkunst en soms ook tekenkunst. Sommige werken zijn eerder fotografisch. Pas na aandachtig kijken, ontdek je dat er meer aan de hand is. Andere werken ogen schilderijen door vegen, spatten, vlekken of aflopende druppels totdat fragmenten met zo veel details het fotografische aspect verraden. Soms neigt haar werk zelfs naar een houtskooltekening door de wazige afdruk met bijzondere textuur. Uiteindelijk gaat het niet om welk medium Stessel nu brengt maar over de manier waarop ze weet te raken. Haar mysterieuze beelden geven hun geheimen niet meteen prijs, maar hun ongrijpbare en introverte aard prikkelen de kijker om actief op zoek te gaan. Het verdwijnen en verschijnen van de beelden op canvas zorgt voor een onweerstaanbare gevoeligheid, aantrekkingskracht en schoonheid waarnaar je kan blijven kijken.

April 2017, Indra Devriendt.
Tentoonstellingen