Artist in ExileKoen Deprez

Deze maand publiceert Zwart Huis een serie interviews met kunstenaars die in de huidige quarantaine wonen en werken. Op deze manier hoopt de galerie haar kunstenaars te ondersteunen en te promoten in deze vreemde tijden van Covid-19. Het volgende interview in de serie "Artist in Exile” is met Koen Deprez (1961).

Hoe beleef je deze periode?

Het zijn gevaarlijke, maar toch wel boeiende tijden. Wat mijn persoonlijke situatie aanbelangt, gaat het er heel hectisch aan toe. Ik ben voor een deel verbonden aan de KULeuven, aan de ArtEZ Academie van Bouwkunst in Arnhem en het ETH in Zurich. Door de omstandigheden gevoed ben ik met de begeleiding bezig van ruim 70 studenten van verschillende pluimage uit drie verschillende kunstscholen. Ik doe dat via afstandsonderwijs: Whatsapp, Skype, gsm, mail. Op vaste locaties, in de auto, op parkings, in voedingswinkels. Altijd met plastic handschoenen aan. Ondertussen werk ik verder aan verschillende projecten. Naast die intense begeleidingen en projecten maak ik steeds weer de rijbeweging Izegem/Sint-Pieters-Leeuw, Sint-Pieters-Leeuw/Izegem. Dat heen en weer rijden werkt momenteel als een metronoom. Als een nieuwe manier om mijn weken te ordenen. Ik zie momenteel enkel mijn huidige partner (in Izegem) en Lune en Lou, mijn kinderen (in Sint-Pieters-Leeuw). Ik zie enkel maar voordelen.

Welke impact heeft ze op je werk?

Op inhoudelijk vlak heeft de crisis geen enkele impact. Ze valt eigenlijk samen met mijn werk. Deze crisis had eigenlijk een stukje uit mijn oeuvre kunnen zijn. Binnen de context van mijn oeuvre zijn crisissen als onderwerp nooit ver weg. Bijgevolg aard ik dus wel in deze constellatie. Ik ben het eveneens gewoon om me geïsoleerd op te stellen. Al mijn werk is bedacht vanuit een grote vorm van beklemming. Ik ben zelf iemand die zich altijd onvrij heeft gevoeld. Mensen die me vertellen over de nood aan en de drang naar vrijheid, wel die mensen heb ik nooit begrepen. Mijn werk is enkel maar te begrijpen tegen het licht van het onvrij zijn. Deze grimmige periode die we nu allemaal doormaken staat in erg nauw verband met mijn wereld. Een project zoals ‘Agressieparken’ bijvoorbeeld sluit daar naadloos bij aan. ‘Covid 19’ had de benaming kunnen zijn van een tijdskamer in dat project.

Hoe ziet een typische dag in het atelier eruit?

Rustig en erg fijn zoals altijd. Ora et labora laat ons zeggen. Ik kan er altijd erg geconcentreerd ‘na’-denken en werken. Het lijkt wel alsof dan pas de ruis uit mijn leven verdampt. Het is ook de plek waar ik steeds weer de beslissing neem of het werk al dan niet voltooid is. Onlangs nog heb ik een werkje dat ik ruim dertig jaar geleden heb gemaakt in een totaal andere wereld voor het eerst ingekaderd. Ik had er gedurende heel die tijd niets aan gedaan. Er was ook niets dat me echt tegenstak. Ik vond het nu pas echt kunnen om het in te kaderen. Het wordt binnenkort losgelaten op de nieuwe wereld. Het werk wordt ook het coverbeeld van een catalogus voor een nieuwe expo.

Heb je een vaste manier van werken?

Ik heb geen vaste manier van werken, nooit gehad. Ik laat de dingen altijd op me afkomen. Ik zoek ook nooit naar iets. Ik voel me eerder een spons. Ik zuig bepaalde gebeurtenissen op. Ik ben eigenlijk afhankelijk van die gebeurtenissen. Op hun beurt zorgen ze dan weer voor nieuwe manieren van werken. Nu ik mijn doctoraat aan het afronden ben op basis van mijn eigen werk en op vraag van de KULeuven, blik ik voor de eerste keer ook echt terug op mijn manier van werken. Een van die hoofdstukken handelt over de rol van de spelbreker in mijn werk. Een spelbreker is iets of iemand die een logische of rechtlijnige redenering entert. En die altijd onaangekondigd tevoorschijn komt. Die entering biedt dan weer nieuwe ruimte om weer een andere logica te formuleren op basis van die entering. Wat we nu meemaken, is ook zo’n entering maar dan wel op grote schaal. Een piepklein virusje (in de hoedanigheid van de spelbreker) die hele staten dwingt anders te gaan denken. Een minuscuul ding dat heel de politieke en economische constellatie op z’n kop zet en de grote ‘ontastbare’ verworvenheden terug aan het wankelen brengt. Zoals reeds vermeld, valt de huidige situatie echt samen met mijn werk en mijn manier van werken. Het heeft bijgevolg iets aangenaams. Veel mensen zullen het er niet mee eens zijn, wat ik ook ten volle begrijp.

Welke rol zie je weggelegd voor de kunst tijdens momenten als deze?

Fundamenteel! Als kunstenaar of architect is ‘nu’ eigenlijk een moment om de relevantie van je eigen werk en je ego te toetsen aan de gebeurtenissen. Bij sommige kunst- of architectuurproducties kan je echt wel kanttekeningen maken.

Van welke kleine dingen kan je zelf genieten?

Het nippen aan een warme tas koffie.

Wat mis je het meeste?

Als zestienjarige was ik ooit machteloos toeschouwer van een bedreigende en als gesloten ervaren wereld. Ik maakte kennis met een schilderij van Quinten Metsys in het Museum voor Schone Kunsten in Brussel dat bijna volledig op een bijna verstikkende manier gevuld wordt door architectuur en door het rode gewaad van de Moeder Gods. En toen vielen me twee smalle, blauwe openingen op die vertellen over een wereld waarin andere mensen wonen en andere dingen gebeuren. Dat werk heeft ervoor gezorgd dat ik ooit naar Sint-Lukas ben getrokken. Vanaf dat bijzondere moment ben ik, zonder ook maar één maand over te slaan, steeds weer naar Brussel getrokken om er alleen maar naar dat werk te gaan kijken. Deze crisis zorgt er nu voor dat die continuïteit is verbroken. Ik mis die maart- en april-ontmoeting.

Welke muziek staat er op in het atelier?

Waarom weet ik niet, maar ik heb een enorme passie voor de Italiaanse componist Luigi Cherubini. Meer bepaald voor het requiem in C minor. Ik luister er al ruim 10 jaar naar en steeds weer naar dezelfde versie. Wat hedendaagse componisten betreft graag György Ligeti en Zbigniew Preisner. En wat de meer populaire muziek betreft, dan ga ik toch voor de Amerikaanse band Low of Radiohead.

Welke boeken liggen er op je nachtkastje?

Enkel maar boeken die nog gekaft dienen te worden.

SELECTIE WERK