Richard Simoens

Werken op papier: 1966-2014

4 Oct 2014 - 23 Nov 2014

Galerie Zwart Huis brengt van 4 oktober tot 23 november de tentoonstelling “Werken op papier: 1966-2014” van Richard Simoens. De kunstenaar volgde les bij Roger Raveel en werd sterk beïnvloed door de Nieuwe Visie die Raveel in de jaren zestig bracht. Het werk van Simoens evolueerde tot een eigen signatuur. De tentoonstelling brengt een overzicht van werken op papier, van de vroege Raveelperiode tot op heden.

Richard Simoens (Deinze °1947) bezoekt tijdens zijn jeugdjaren met zijn ouders vaak Roger Raveel en zijn vrouw Zulma te Machelen-aan-de-Leie. Raveel was de neef van zijn moeder en zijn vader was een gewezen buurjongen en jeugdvriend van Roger. Op twaalfjarige leeftijd volgde Richard reeds avondlessen aan de Tekenacademie van Deinze. In 1963 begon Raveel les te geven aan deze avondschool en stimuleerde Richard, die vroegtijdig met school was gestopt, bij hem les te volgen in de schilderklas. Nadien neemt hij lessen aan de Koninklijke Academie te Gent en volgt hij een Lerarenopleiding Plastische Kunst aan de Rijksnormaalschool te Gent.

DE NIEUWE VISIE

De term ‘Nieuwe Visie’ wordt omstreeks 1965 door de dichter en kunstcriticus Roland Jooris gelanceerd om de artistieke opvattingen van Raveel te benoemen. In de jaren zestig wordt een groep leerlingen sterk beïnvloed door de visuele vernieuwing die Raveel er bracht. Deze vernieuwing onderscheidt zich van de Pop-Art in een manier van kijken en ervaren van de werkelijkheid vanuit hun eigen leefwereld. Uit de taal van de Nieuwe Visie betrok Simoens in zijn beginperiode een grammatica van allerhande contrast in het aanschouwen van de realiteit.                                                                                                                                                                   
In de jaren zeventig wordt Simoens lesgever en in die periode ontstaan de vele tekeningen waarin hij vanuit de leerperiode bij Raveel zoekt naar zijn eigen handschrift. Hij stelt regelmatig tentoon met de groep van De Nieuwe Visie.

“Kijken naar de realiteit, haar de hand drukken, met haar spelen of haar gewoon accepteren, het verband tussen object en omgeving aftasten, dit alles bepaalt de geestesgesteldheid in het werk van de leerlingen van Raveel. Bij Richard Simoens is dat het scherp aanvoelen van relaties tussen ding en omgeving.”

Roland Jooris, ‘Meeting 69 at JWT’, Brussel 1969

LOZER

Van 1980 tot 1986 betrekt Richard Simoens een landhuisje aan het kasteel van Lozer. Het relatieve isolement en de primitieve leefomstandigheden van de locatie resulteren in een picturale versobering. Contact en samenwerking met de Nieuwe Visie stopt. Hij maakt een mentale omwenteling mee en wil op artistiek vlak een eigen weg inslaan. Nieuwe werken ontstaan op ruw linnen in acryl en inkt en vervolgens in pek en teer op hout en papier. De lyrische interieurs en Vlaamse landschappen van weleer moeten wijken voor een manifestatie van het ‘ik’. 
De figuratieve ‘Peks’ (levensgrote tekeningen met pek op papier) stellen de kunstenaar voor: het gelaat van zijn naakte figuur krijgt de vorm van een spiraal die een oneindigheid uitdrukt. Spiralen en concentrische cirkels duiken regelmatig op. Het zijn oersymbolen die staan voor het begin van het “zijn” in de kosmos. Simoens is  sterk geboeid door de Chinese kalligrafie en de Oosterse filosofie: zijn en niet-zijn, yin en yang zijn begrippen die sporen nalaten in later werk.

NON

Midden de jaren tachtig ontstaan de ‘Non’-gouaches. De donkere achromatische Pek-periode is voorbij en de kleur doet weer zijn intrede. De ‘Non’-periode is een “persoonlijke renaissance”. Het werk is nog steeds autobiografisch: de figuren met spiraalhoofden stellen nog altijd de kunstenaar voor en het woordje ‘Non’ wordt op elk werk geschilderd.
Het picturale ‘Non’ is inhoudelijk leesbaar zonder vertaling. Non staat zowel voor neen als voor niet of niets. De kwetsbare schilder treedt in dialoog met het niets. “Een non-schilderij schilderen was opgaan in de verbeelding waarin de scheidingslijn tussen zien en verbeelden flinterdun werd voorgesteld”, zegt Simoens over deze periode waarin er definitief afgerekend wordt met het vroegere werk. 

KAIROS

Een recente reeks tekeningen kreeg de titel ‘Kairos’. Richard Simoens toont terug lichaamsfragmenten van zichzelf. De spiraal is verdwenen. Robotachtige wezens en  verstilde hoofden kijken ons aan. In een klein werkje heeft de schilder zich naakt uitgeknipt en gekleefd op een andere tekening van een atelierhoek. In spiegelbeeld schildert het model de kunstenaar. Vanuit de waarneming van zijn lichaam vertoont zijn werk sobere lijnen, vlakken en verfopbreng waarin de orde vaak wordt verstoord. 
In de Griekse mythologie was Kairos het jongste goddelijk kind van de oppergod Zeus.  Hij is de personificatie van de gelegenheid, het juiste moment om iets voor elkaar te krijgen. Kairos heeft vaak een scheermes of een weegschaal bij zich. Dit benadrukt dat de gelegenheid een kritiek moment is, scherp onderscheidend en doorslaggevend voor het vervolg. Voor Simoens is het scheermes het penseel dat het moment tart, om onvoorspelbaar in te grijpen naar een vluchtige gelegenheid die zich plots aandient of snel weer verdwijnt.